Het afscheid van Miriam

Bij mijn vrouw Miriam werd in juni 2003 chronische myloide leukemie ontdekt. Vanaf deze tijd leefden we tussen hoop en vrees. Ze leek te genezen, maar in maart 2005 bleken de leukemiecellen genesteld te zijn in het hersenvocht. Na enkele behandelingen die niet aansloegen kregen wij eind april 2005 te horen dat men niets meer voor Miriam kon doen en dat zij nog slechts kort te leven had.
We zijn echter met onze drie kinderen nog diverse malen op vakantie geweest. Begin november kwam echter de voorspelde dwarslaesie en werd ze terminaal verklaard. Miriam kwam thuis en ik heb haar tot haar overlijden verzorgd. De laatste dagen was ze niet meer aanspreekbaar. Op 6 januari legde ik
‘s avonds mijn hand op haar bonzende hart om haar gerust te stellen. Na enkele seconden stopte haar hart en mijn maatje stierf op slechts 40-jarige leeftijd onder mijn hand. Wat een mooi intiem laatste moment.
Miriam had haar wensen voor haar uitvaart al met mij en de uitvaartverzorger besproken. Het feit dat de uitvaartverzorger Miriam al bij leven gesproken had, was een voordeel. Er kwamen van zijn kant suggesties waar we normaal nooit aan zouden hebben gedacht. Zo hebben we in de onbehandelde kist een brievenbus ingebouwd, waar de mensen een laatste groet aan haar konden meegeven.
De uitvaartdienst zal ik nooit vergeten. Een bomvolle Lutherse kerk en toch zo intiem. Het leek wel of we met ons eigen gezin Miriam een laatste groet brachten. De staande ovatie die ze kreeg aan het eind van de dienst zal ik de rest van mijn leven niet vergeten. Na de dienst is Miriam met paard en platte wagen naar de begraafplaats gebracht. Een grote stoet van mensen hebben haar lopend begeleid.
De periode kort na de begrafenis was zeer moeilijk. Na enkele maanden intense zorg en het voorbereiden van de uitvaart komt er dan die stilte. Het gemis deed zich ontzettend voelen. Nu drie jaar verder is er weer rust en evenwicht in ons gezin.
De ziekte en dood van Miriam hebben ook goede dingen opgeleverd. Zo is ons geloof in God enorm versterkt. Miriam is ook nooit tijdens deze periode bang geweest voor de dood, alleen wilde ze zo graag de kinderen volwassen zien worden.
Relaties met andere mensen zijn op de proef gesteld. Zoals Miriam had gezegd, dat mensen op je levensweg slechts passanten zijn op weg naar de eeuwigheid. Zelf ben ik heel anders in het leven gaan staan, ik stel niets meer uit tot morgen, maar pluk de dag. Geniet van andere mensen kunnen helpen, wat veel meer voldoening geeft dan mijn dagelijkse werkzaamheden bij een bank. Ook de kinderen die nu 18,16 en 13 zijn hebben weer plezier in het leven.
Mijn advies aan de rouwende medemens is, zoek contact met een lotgenotengroep zoals in Hoorn bij Steunpunt Zorg en Welzijn. Niemand begrijpt je immers beter dan een lotgenoot en alles kan en mag gezegd worden.

Gert Jan