Het afscheid van Thea

Gepubliceerd in NHD op 11 maart 2011

Het is morgen twee jaar geleden, maar het overlijden van mijn vrouw Thea houdt mij nog dagelijks bezig en de gebeurtenissen rond haar afscheid staan onuitwisbaar op mijn netvlies. Ze was nog jong, 63 jaar slechts. Ze leed al jaren aan een weinig voorkomende beenmergziekte, die haar het leven steeds lastiger maakte. De ziekte en het noodzakelijke medicijngebruik ging gepaard met ernstige vermoeidheids-verschijnselen.

Haar vele activiteiten als vrijwilliger in kerk en samenleving moest ze los laten, het ging gewoon niet meer. Toch bleef ze tot het eind positief over haar situatie, zeker naar anderen. We wisten dat ze niet oud zou worden, maar het definitieve afscheid kwam toch onverwacht.

Daaraan vooraf ging een maandenlange periode met onverklaarbare pijnaanvallen.
Ik weet nu pas echt wat “door merg en been” betekent . . ! Alle onderzoeken in het ziekenhuis naar de oorzaak leverden niets op. Uiteindelijk was opname alleen al voor de pijnbestrijding noodzakelijk. Daar werd alle mogelijke zorg aan haar besteed en ze werd liefdevol omringd door kinderen, naaste familie en vriendinnen. Na een herseninfarct was de strijd echter gestreden.
Hoewel er daarna nauwelijks contact mogelijk was, hielden mijn kinderen en ik tot het laatst het gevoel dat ze wel erg had in wat er om haar heen gebeurde. Dat ze ons nog wel kon horen, maar niet meer in staat was daarop te reageren. Gelukkig was ik zelf ook in de laatste fase van waken bij haar. Na haar laatste ademtocht zit je als versteend te wachten op de volgende, die niet meer kwam . .

Van de zorgelijke – zich tussen hoop en vrees afspelende – situatie sta je abrupt voor de vraag : wat nu ? Ineens moet je praktisch gaan denken. Er is actie nodig en dat op een moment dat je het liefst met degene die je zo lief had met rust gelaten wil worden, de essentie van de ingrijpende gebeurtenis tot je wil laten doordringen, je verdriet toelaten en delen met de kinderen en degenen die naast je staan. Maar daar is nog geen tijd voor. Je raakt in een soort roes, waarin je dingen doet die je normaal gesproken nooit zou doen of dingen opmerkt, die je anders volledig zouden zijn ontgaan. Dan heb je iemand nodig die daar ervaring mee heeft, gaat regelen wat gedaan moet worden en afspraken maakt voor wat een mooie uitvaart moet worden.

Ik deed een beroep op Martien Weel Uitvaartzorg. Bij zijn eerste bezoek bleek hoe belangrijk het was dat ik samen met mijn echtgenote uitgebreid had gesproken over wat te doen als het zover zou zijn . . . Elke vraag van Martien kon dan ook direct worden beantwoord. De inhoudelijke kant kon ik zelf samen met de kinderen goed verzorgen, al het “geregel” daarom heen kon met een gerust hart aan Martien worden overgelaten. Alles met elkaar werd het een warm en waardig afscheid, geheel in de geest van Thea, met passende teksten, veel muziek en inbreng van de (klein)kinderen, waar ze zo trots op was. Dat had ze verdiend en daar denk ik en ik niet alleen nog steeds dankbaar aan terug.

Jan